Alles wat je moet weten over ontwormen van huisdieren

Naast een evenwichtig voedingspatroon, voldoende beweging en een consequente mondhygiëne, behoort het ontwormen ook tot de standaardverzorging van je huisdier. Toch krijgen we hier wekelijks nog verschillende vragen over van bezorgde baasjes. Daarom zetten we alles wat je moeten weten over het ontwormen van je huisdier, hieronder op een rijtje.

Er zijn verschillende soorten wormen

Niet alleen je huisdier, ook jij kan verschillende wormsoorten oplopen. De meest voorkomende wormen die wij in onze praktijk over de vloer krijgen zijn spoelwormen, zweepwormen, lintwormen, haakwormen, longwormen en hartwormen. Honden en katten kunnen door spoelwormen besmet raken door directe opname van eitjes of larven uit de omgeving, via prooien, door de moeder via moedermelk en rechtstreeks via de placenta. Een lintwormbesmetting ontstaat altijd via een zogenaamde tussengastheer. Infecties met zweepwormen en haakwormen ontstaan doordat eitjes uit de omgeving worden opgelikt en de verspreiding van de hartworm gebeurt door muggen. Gelukkig komt deze laatste soort in België weinig voor. Deze wormsoort komt vaker voor in het zuiden van Europa. 

Uiteenlopende klachten

Een wormbesmetting kan bij jouw hond of kat verschillende klachten veroorzaken. Dat is immers sterk afhankelijk van hoe ernstig de besmetting is en welk type worm het is. Soms kunnen infecties zelfs zonder klachten verlopen, maar in de meeste gevallen zal je huisdier toch meer last ervaren zoals gewichtsverlies, slechte conditie, darmklachten, anale jeuk, diarree, hoesten en benauwdheid. 

Uiteraard wil je je hond of kat van deze problemen besparen, maar door ze te ontwormen bespaar je niet enkel hen van deze onaangename klachten, ook voor jouw eigen gezondheid is het ontwormen van je huisdier een goed idee. Sommige worminfecties komen, zoals eerder aangehaald, ook voor bij mensen. Zeker jongere kinderen lopen het meeste gevaar om door huisdieren besmet te raken doordat ze wormpjes binnenkrijgen tijdens het spelen in de tuin. 

Wanneer en hoe vaak ontwormen

Een jong dier moet vaker ontwormd worden dan een volwassen dier. Daarom raden we aan om de frequentie van het ontwormen van een pup of kitten, te bespreken met je dierenarts. Ideaal is om honden en katten vanaf 6 maanden oud, 4 maal per jaar te laten ontwormen. Afhankelijk van het type hond en het gebied waar hij woont, kan dit meer zijn dan gemiddeld. Het tijdstip van de ontworming speelt niet zo’n belangrijke rol aangezien honden en katten in elk seizoen besmet kunnen raken.

Wat met mijn binnenkat?

Soms bestaat er de misvatting dat huiskatten niet ontwormd moeten worden omdat ze niet buiten komen en dus niet in aanraking komen met wormen. Maar niets is minder waar. Binnenkatten kunnen toch indirect door het baasje besmet raken door bijvoorbeeld wormeitjes mee te nemen naar binnen via schoeisel. Weet wel, dat wormeitjes met het blote oog niet waarneembaar zijn in de ontlasting van je huisdier. Bij een besmetting ziet u vaak pas wormen in de ontlasting na de behandeling. Een uitzondering hierop zijn de schakels van lintwormen. Deze lijken op rijstkorrels en zijn soms wel in de vacht of ontlasting te vinden. Bij twijfel kan je ons altijd vragen een ontlastingsonderzoek uit te voeren!

In afwachting van de volgende ontwormbehandeling van jouw huisdier, willen we het belang van een goede hygiëne nogmaals benadrukken. Denk maar aan het opruimen van ontlastingen, het regelmatig wassen van je handen en een goede vlooienpreventie.

Terug naar overzicht