Hoe wordt dierenwelzijn bij vee gemeten?

De boerenbond werkte samen met het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek ILVO aan de ontwikkeling van “de Dierenwelzijn Scan”. Met deze app kunnen veehouders nagaan hoe ze scoren op vlak van dierenwelzijn.

Boeren kunnen de  “de Dierenwelzijn Scan” op vrijwillige basis Inzetten als meetinstrument. Maar hoe werkt dit precies?

“Dierenwelzijn definiëren is niet zo eenvoudig.” Verklaart Etholoog Frank Tuyttens.

Gaat welzin over gezondheid en de afwezigheid van lijden? Of gaat het over de mogelijkheid om natuurlijk gedrag te vertonen? Of gaat het over de zogenaamde affectieve staat?”

“Bij dierenartsen en veehouders bijvoorbeeld staan vaak de gezondheid en het biologisch functioneren voorop: is het dier gezond en fit, dan presteert het ook beter. Of het dier zich gelukkig voelt en of het natuurlijk gedrag kan vertonen, is volgens die zienswijze enkel relevant indien het effect heeft op het biologisch functioneren. Bij burgers en ethici ligt dat vaak anders. Voor hen is geluk, een stressvrij leven en natuurlijk gedrag een fundamentele voorwaarde voor het welzijn van het dier. Dit verschil in visie verklaart waarom de verschillende partijen in het maatschappelijk debat over dierenwelzijn naast elkaar lijken te praten. Ze gebruiken dezelfde woorden maar verstaan er iets anders onder.”  

Hoe meet je dierenwelzijn?

De ontwikkelaars van de app hanteerden een definitie die vertrekt vanuit vijf vrijheden. 

Voor een goed welzijn is het belangrijk dat aan al deze vrijheden wordt voldaan:

1.     Vrij van honger en dorst (toegang tot vers water en goed voeder);

2.     Vrij van ongemak (goede omgeving met beschutting en comfortabele rustplaatsen);

3.     Vrij van pijn, verwondingen en ziekte (preventie, snelle diagnose en gepaste behandeling);

4.     Vrij om normaal gedrag te vertonen (voldoende ruimte, goede voorzieningen en contact met soortgenoten);

5.     Vrij van angst en chronische stress (omstandigheden die geestelijk lijden voorkomen).

Die indicatoren moeten op een eenvoudige en betrouwbare manier gescoord kunnen worden door veehouders.

Afhankelijk van de diersoort en het type bedrijf krijgt een veehouder in de zelfscan andere vragen voorgeschoteld. Er is een aparte scan voor varkensbedrijven, melkveebedrijven, pluimveebedrijven en vleesveebedrijven.

Elke scan start met enkele algemene vragen die een veehouder kan beantwoorden op zijn bureau: bedrijfsgrootte, ras, productie-kengetallen, uitvalpercentage, enz. Daarna volgen vragen die beantwoord moeten worden in de stal.

Na het invullen vragenlijst wordt automatisch een rapport gegenereerd dat wordt verzonden naar de veehouder.

Een leerinstrument

Ondanks dat de app weldoordachte en kritische selectie van indicatoren bevat mag je van de zelfscan geen perfecte meettool verwachten. Enerzijds speelt de menselijke interpretatie een rol, anderzijds zijn bepaalde indicatoren bijvoorbeeld over de affectieve staat iets moeilijker in kaart te brengen. Het belangrijkste is dat veehouders bewust bezig zijn met dierenwelzijn en dat eventuele blinde vlekken blootgelegd worden. 

Een monitoringstool

De app maakt het ook mogelijk de eigen resultaten anoniem te vergelijken met die van gelijkaardige bedrijven. Zo kunnen veehouders de eigen evolutie op het bedrijf goed opvolgen en eventuele aanpassingen aan de aanpak evalueren.

 

Bron: Vilt, Vlaams infocentrum land en tuinbouw.

 

Terug naar overzicht